Olifant in de kamer of roze olifant?
Een column van Melissa Portaels
De zomer van 2024 gaat mijn dagboeken in als zwoegen op Pierre Boulez. De vraag van Muziekcentrum De Bijloke om mij in zijn muziek te verdiepen, stelde mij als luisteraar voor een fikse uitdaging. Tussen ons gezegd en gezwegen: toen ik eraan begon, wist ik niet helemaal zeker of Boulez en ik wel vrienden zouden worden.
Want was Pierre Boulez niet die compromisloze schenenschoppende componist die smalend deed over al wie niet net zo’n radicale visie op muziek had als hij? En was hij ook niet de oprichter en directeur van het IRCAM, het in een mysterieus aura gehulde onderzoekscentrum waar onderzoekers, ingenieurs en componisten zich over elektronische klanktoepassingen buigen? Was Pierre Boulez ook niet die ontzaglijke muziekreus die de meest vooraanstaande orkesten dirigeerde, en zowat alle muziek uit de westerse geschiedenis doorzag?
Was ik echt zo geïntimideerd door de figuur Pierre Boulez en zijn reputatie? Is dat de reden waarom ik tot voor kort zijn muziek amper beluisterd had? Op die van zijn tijdsgenoot Luigi Nono had ik me nochtans als student al vol overgave gestort. Ik las gulzig over de zomercursus nieuwe muziek in Darmstadt en leefde in spanning mee met componisten en hun zoektocht naar een nieuw soort muziek. Dus nee… aan de muzikale taal van de avant-garde lag het niet: die fascineerde mij al langer. Toch bleef Pierre Boulez voor mij al die tijd de olifant in de kamer. Zonde, besef ik nu.
Het Collectief is de eerste in de concertreeks 360° Boulez dat ons op sleeptouw neemt. Op het programma staat het werk ‘Douze Notations’, twaalf korte stukjes voor piano die Boulez al in 1945 als prille twintiger schreef, en waarin je al heel helder kan horen welke weg hij als componist zou inslaan. Ze klinken dan wel niet zo resoluut en baldadig als sommige passages in zijn eerste pianosonate – daarin wordt de pianist aangevuurd met speelaanwijzingen als ‘gewelddadig en snel’ of ‘brutaal’ – en Boulez omschreef zijn ‘Notations’ zelf als naïef. Maar ze lieten de componist toch ook niet los, want jaren later begon hij ze te herschrijven voor orkest. Twaalf stukken van telkens twaalf maten presenteren dezelfde reeks van twaalf klanken vanuit een totaal verschillende benadering. Het meest opvallend is de manier waarop Boulez een bijzondere spanning en energie creëert door stukken met een meditatief, introvert karakter te contrasteren met momenten van explosieve uitbundigheid. Veertig à vijftig jaar later toont Boulez zich in werken als ‘Dérive 1’ (1984), ‘Dialogue de l'ombre double’ (1985) en ‘Anthèmes 2’ (1995) nog steeds een meesterbouwer van spanningsbogen, zelfs wanneer de muziek haast improvisatorisch – of zoals Boulez het zelf verwoord: ‘als een georganiseerd delirium’ – klinkt.
Misschien was de metafoor van de olifant dan toch niet zo ver gezocht. Welke beelden roept Boulez bij jou op?
Melissa Portaels is stafmedewerker bij MATRIX [Centrum voor Nieuwe Muziek]. Ze schrijft haar columns bij deze concertreeks op vraag van Muziekcentrum De Bijloke. Duik nog dieper in het leven van de componist met onze podcast 360° Boulez, overal te beluisteren.