"Soms misbruik ik mijn stem"
De diepgang in de zangstem van Lucile Richardot is amper onder woorden te brengen. In ‘Seraphim’ koppelt ze oude aan nieuwe muziek. Het geheim van de Franse topzangeres? ‘Ik wil dat mensen voelen wat er achter de noten zit.’
Bram Van Haelter
Sommige stemmen blijven bij je, alsof ze direct een lijntje naar je ziel leggen. De rokerige zweem in de stem van Nina Simone, de etherische mineraliteit bij Björk of de briljantie van Cecilia Bartoli.
Lucile Richardot is ook zo’n zangeres: de diepgang in haar zangstem is amper onder woorden te brengen. Zelfs musicologen hebben moeite om Richardots stem te classificeren. Richardot: “De beste omschrijving die ik zelf gevonden heb, is ‘mezzo met lage alt-tonen’. Het is blijkbaar een soort vocaal niemandsland, een lacune in de stemtypologie, die voor pakweg sopranen veel preciezer omlijnd is.”
Sprong in het diepe
Het is nauwelijks voor te stellen, maar zingen stond niet altijd centraal in Richardots leven. Sterker nog: de Française begon haar professionele carrière als journalist. “Ik schreef over van alles en nog wat”, vertelt ze. Gezondheid, maatschappelijke thema’s, ooit zelfs een boek over prostitutie. Het werk was interessant, maar ergens knaagde er iets. “Ik voelde dat ik wat miste, maar ik wist nog niet precies wat.”
Zingen was altijd een hobby geweest, maar het idee om van muziek haar werk te maken kwam pas later. Toen ze in een advertentie zag dat het koor van de Notre-Dame zangers zocht, werd ze tot een keuze gedwongen – want een combinatie zou praktisch onhaalbaar zijn. Rond haar 27ste liet ze de pen dan ook achter zich en nam ze een beredeneerde sprong in het diepe. Die pakte goed uit, want al snel zong Richardot met de beste orkesten in de meest tot de verbeelding sprekende zalen.
Vooral in de oude muziek – middeleeuwen, barok en renaissance – voelde ze zich als een vis in het water. Later kwam daar hedendaagse muziek bij, met de spraakmakende ‘mélodies’-opnames van de componistenzussen Lili en Nadia Boulanger (aan de zijde van pianiste Anne de Fornel) als voorlopig hoogtepunt. “Uit de klassiek-romantische periode is er al erg veel aanbod. Bovendien heeft die muziek me altijd minder geïnteresseerd. Het is ook fijner toeven in de omgeving van de oude en hedendaagse muziek, die nog minder wordt beheerst door managers, competities of audities dan de belcantowereld. Die familiale sfeer – iedereen kent iedereen – ligt me veel beter.”
Muren slopen
Maar echt spannend wordt het volgens Richardot pas als oude en nieuwe muziek worden gecombineerd, zoals in 'Seraphim’. Het concertprogramma, dat ze met het Gentse B’Rock Orchestra zal brengen in De Bijloke, omspant zowat de hele muziekgeschiedenis: van de twaalfde-eeuwse abdis Hildegard von Bingen tot hedendaagse toondichters. Van die laatsten prikkelen Konstantía Gourzí en Sofia Goebajdoelina het meest. Gourzi met haar minimalistische maar altijd expressieve composities met een bijna introspectieve kwaliteit, Goebajdoelina met compromisloze, mystiek aandoende transcendentie. “Met de oudere muziek ben ik intussen wel comfortabel – door mijn jarenlange ervaring denk ik wel te voelen wat de componist wou zeggen. Met de nieuwere werken betreed ik telkens weer een nieuw universum. Meer zelfs, ik heb van Goebajdoelina nog nooit een noot gelezen. Maar dat schrikt me niet af: ik hou ervan om muziek te ontdekken die buiten de gebaande paden ligt. Het vergt veel voorbereiding, maar het is ook een kans om te groeien, als artiest én als mens.”
Richardot is, meer nog dan een uitstekende zangeres, een verhalenverteller. Voor haar draait muziek niet alleen om de juiste noten of techniek. Het gaat om het overbrengen van een gevoel. “Ik wil dat mensen voelen wat er achter de noten zit”, legt de moderne bard uit. “De emoties, de confl icten, de kwetsbaarheid. Het draait er voor mij om om de muur tussen het podium en het publiek te slopen, maar dan op een manier die ruimte laat voor verbeelding. Ik hou niet van te letterlijke vertalingen: ik wil aan de luisteraar de tools geven om een wereld op te bouwen waarin ze zelf kunnen verdwalen.” Haar keuze om daarbij niet altijd de perfecte klank na te streven, maar te kiezen voor oprechtheid, is misschien wel haar grootste kracht. “Soms misbruik ik mijn stem,” geeft ze lachend toe. “Het is niet altijd perfect, maar het is wél echt.”